maandag 26 juli 2021

U, HEER, roep ik aan (Psalm 28)

Een eigen ontwerp deze keer. Deze psalm heb ik een aantal keren gelezen en opgeschreven wat er voor mij uitsprong.
Dat was het volgende;
1.    Rots
      Handen voor denkbeeldige mond. Niet spreken/horen.
2.    Smeekbede. Handen in de lucht / God aanbidden.
6/7  Wolk / rots met handen naar denkbeeldige oren / horen.

    Muzieknoten voor het loven met een lied.

Aan de hand van deze dingen die ik heb opgeschreven aan het werk gegaan. Eerst tekende ik twee bergen. De eerste berg moesten twee handen komen die voor een denkbeeldige mond moesten zijn. Het zwijgen van God.  
Ik sta op de andere rots, God te aanbidden, aan te roepen. God help mij. Laat iets van U horen zodat ik niet alleen ben. Dat is mijn eerste gedachte.
Spreek tot mij Heere. Leid mij Uw weg en laat zien wat Uw plan met mij is. Ben ik op de goede weg of moet ik daar nog komen?
De tweede gedachte is aanbidden. Ik mag zingen voor de Heer. Met mijn stem Hem prijzen voor wat Hij doet voor mij. Vandaar de noten over de tekening heen. God luistert, dat kan je zien aan de handen bij het wolkje. Die staan achter denkbeeldige oren. De Heer luistert naar wat ik roep, naar wat ik zing. Het klinkt als volmaakte aanbidding voor de Heer. Voor de Heer maakt het niet uit of ik goed kan zingen of niet. Voor de Heer is het altijd mooi. Als het maar met een oprecht hart is.

Ik mag iedere dag de Heer aanbidden met een oprecht hart. En de Heer luistert naar wat ik mag zingen. De hele dag door ben ik hiermee bezig. Tijdens mijn werk in mijn hoofd. Op de fiets op weg naar mijn werk of huis is mijn stille tijd. Dan breng ik mijn gedachten tot de Heer. Wat tegenzit of waar ik blij van word. Verdrietige of moeilijke momenten. Ik weet dat de Heer luistert naar mijn gebeden. Dit is voor mij kostbare tijd. Mijn 1 op 1 met de Heer.



28 1 Van David.

U, HEER, roep ik aan,

mijn rots, houd u niet doof.

Als u blijft zwijgen, word ik

een dode met de doden in het graf.

2 Hoor mijn smeekbede

als ik u om hulp roep,

als ik mijn handen ophef

naar het hart van uw heiligdom.

3 Ruk mij niet weg met de kwaadwilligen,

met hen die onrecht doen,

die hun vrienden vrede wensen,

maar in hun hart zinnen op kwaad.

4 Geef hun wat ze verdienen,

vergeld hun naar hun daden,

naar het werk van hun handen,

laat hen voor hun misdrijven boeten.

5 Voor uw daden, HEER, hebben ze geen oog,

noch voor het werk van uw handen.

Breek hen af, bouw hen niet meer op.

6 De HEER zij geprezen,

hij heeft mijn smeekbede gehoord.

7 De HEER is mijn kracht en mijn schild,

op hem vertrouwde mijn hart,

ik werd geholpen en mijn hart jubelde,

hem wil ik loven in mijn lied.

8 De HEER is de kracht van zijn volk,

een burcht van redding voor zijn gezalfde.

9 Red het volk dat u toebehoort, zegen het,

wees zijn herder en draag het voor eeuwig.


2 opmerkingen:

  1. Deze heb ik tot wording zien komen.
    Ik was daarbij je voorbeeld.
    Samen hebben we een foto van de handen gemaakt om te zien hoe ze stonden, om zo na te tekenen.
    Het is prachtig!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. @Yvonne.
      Dit was een leuk project om te doen. Hoe deze tot stand is gekomen was ut de Geest. Dank voor de hulp en voor het bijbel journalen.

      Verwijderen